Column: Als het maar een charter is

  • apr 2020
  • Christian van der Ven
  • ·
  • Aangepast 27 jun
  • 2
  • 35
Christian van der Ven
KIA Community
  • KIA Community Manager
  • Violet
  • Ellen Nieboer
  • Otto Vervaart
  • Marjoleine Houben
  • Geert Leloup
  • Jack de Vries

Begin 2017 meldt een inwoner van het Brabantse Helvoirt aan de gemeente Haaren (waartoe Helvoirt behoort) dat hij in de bermen rond zijn huis boompjes gaat planten, op grond van het middeleeuwse voorpootrecht. De gemeente wil dat niet hebben, de Helvoirtenaar gaat toch planten en ambtenaren trekken de boompjes vervolgens uit de grond. De burger zoekt zijn recht, vindt bewijs in ons archief, de rechter stelt hem begin 2020 in het gelijk en de gemeente moet nieuwe bomen betalen.

Brabant krijgt in de 14e eeuw door bevolkingsgroei en de toenemende vraag naar hout te maken met ontbossing en zandverstuiving. De hertog probeert dit te voorkomen door pootrechten te verlenen, vastgelegd in pootkaarten (oorkonden). De oudst bekende pootkaart, uit 1396, betreft nota bene het dorp Haaren. Vanaf 1696 geldt het pootrecht voor de hele Meierij van ’s-Hertogenbosch. Volgens het pootrecht mochten ingezetenen bomen poten vóór de percelen waarvan ze eigenaar waren. Het typische coulisselandschap in de buurt van waar ik woon is een natuurschoon gevolg van deze middeleeuwse milieuwetgeving.
Het komt niet dagelijks voor dat je als recht- en bewijszoekende burger je toevlucht neemt tot middeleeuwse oorkonden. Maar dan heb je wel geluk, want de toegankelijkheid van die archieven is goed op orde. Archivarissen hebben charters bewaard, beschreven, gescand, getranscribeerd, vertaald en gepubliceerd. Ze kunnen je helpen bij het lezen ervan, er is onderzoek naar gedaan, ze begrijpen ze en vinden ze prachtig. En er lopen in den lande projecten om charters nóg beter toegankelijk te maken. Niks mooier dan een computer die een 15e-eeuwse oorkonde aan je voorleest, of een 17e-eeuwse liefdesbrief of 19e-eeuws strafvonnis. Interessanter dan een stuk software dat trefwoorden toekent aan een 21e-eeuwse beleidsnotitie.

Onze slecht ontsloten e-depots buiten beschouwing gelaten, maar hoeveel pech heb je als burger wanneer het bewijs voor je recht vastligt in recent overheidsarchief? Als je toegankelijkheid, naar Thomassen, definieert als interpretatievrijheid, dan kom je er bekaaid vanaf. Toegankelijkheid niet beperkt tot het hebben van een toegang - welke dan ook - maar een toegang die zich richt naar jouw vraag, onderzoekgereedschap dat is afgestemd op jouw competenties, hulp die wordt geboden naar jouw tijd en plaats. Bij charters is er altijd nog de archivaris, die je met raad en daad persoonlijk assisteert. Die belangeloos helpt zoeken, vinden en begrijpen.
En juist in het laatste wringt bij recenter archief de schoen, want wie is nog in staat een burger terzijde te staan als deze zijn of haar queeste moet volbrengen in het 21e-eeuwse archief van zeg een gemeentebestuur of erger?

Over de toegankelijkheid van oude charters, brieven en vonnissen maak ik me géén zorgen. Vanuit het oogpunt van de cruciale functie die archiefinstellingen in onze rechtstaat vervullen, wél over de toegankelijkheid van jonger archief. Je hoeft geen big data guru te zijn, om te zien dat het volume ervan, de variatie erin, en de snelheid waarmee archief wordt gevormd en overgedragen in de afgelopen jaren is gekatapulteerd. Dat de doorzoekbaarheid ervan nog sterk te wensen overlaat en ons inhoudelijk begrip onvoldoende is om er een burger goed mee van dienst te zijn.
Waar kun je terecht, als het niet bij archivarissen is, voor hulp bij het vinden en begrijpen van relevante recente documenten? Bij de overheidsinstantie waartegen je misschien juist in het verweer bent gekomen, maar die als enige het zelfgevormde archief lijkt te snappen? Bij commerciële bureaus die het voor je uitzoeken? En hoe afhankelijk daarvan mag je bij de interpretatie van archiefinformatie zijn, als je er zoveel mogelijk vrij in moet wezen? Ondanks de digitale beschikbaarheid ervan, lijkt archief hoe jonger hoe ontoegankelijker.

Gelukkig voor ingezetenen van de Meierij ligt het pootrecht vast in een middeleeuws charter, niet in een 21e-eeuws beleidsdocument…

Christian van der Ven

Deze column verscheen in het Archievenblad (jaargang 124, nummer 2, april 2020). Afbeelding: Zeventiende-eeuwse kaart bij een rechtszaak voor de Raad van Brabant waarin ook het pootrecht een rol heeft, met als slachtoffer een omgehakte eik (collectie BHIC, toegangsnr. 343, inv.nr. 5830).

Reacties

2 reacties, meest recent: 13 april 2020
  • In het archief van de voormalige gemeente Franeker (nu Waadhoeke) waar ik woon, zijn meerdere stukken die bepalen dat er op 'Bloemketerp' geen woningen of ander onroerend goed gebouwd en of geplaatst mag worden. Het is tevens een beschermd stadsgezicht, zodat je de stadswallen op enkele honderden meters afstand kunt zien. Heeft ook te maken met de eigenaar van deze grond, het Sjaardemaleen. Het verbod geldt al een paar honderd jaar.

    Jack de Vries