Doemscenario of (virtuele) werkelijkheid: gaan de studiezalen van Nederlandse archieven dicht?

  • dec 2011
  • Verwijderde gebruiker
  • ·
  • Aangepast 27 jun
  • 45
  • 36
Verwijderde gebruiker
KIA Community
  • Christian van der Ven
  • Bennie Blom
  • Joost Salverda

Er bestaan in toenemende mate grote zorgen over de openbare toegankelijkheid van Nederlandse archiefinstellingen, nochtans bij wet verplicht.

http://hethistorischatelier.blogspot.com/2011/12/gaan-de-studiezalen-van-nederlandse.html

Reacties

45 reacties, meest recent: 10 januari 2012
  • Dat is geen doemscenario. Dat heet de toekomst. Dat we daar zorgvuldig mee om moeten gaan spreekt vanzelf.

    Ik ben en blijf er van overtuigd dat we de dienstverlening van de archieven hiermee verbeteren. Zeker op de langere termijn.

    Verwijderde gebruiker
  • We verbeteren de dienstverlening door studiezalen te sluiten? Voor serieus onderzoek is de digitale studiezaal nog lang geen alternatief. Minder dan een procent van de archieven zijn digitaal beschikbaar. Als de studiezaal-faciliteiten in rap tempo worden afgebouwd, zonder dat het digitale alternatief qua content aanzienlijk verbetert, dan is er inderdaad sprake van een doemscenario.

    Verwijderde gebruiker
  • Pardon? Serieus onderzoek? Een discussie die maar niet beslecht wordt. Voor mij komt iedere bezoeker bij ons in het Onderzoekerscentrum én op de website voor serieus onderzoek. En als de openingstijden niet voldoende zijn om je onderzoek binnen een bepaalde termijn af te ronden, dan maak je toch een afspraak met elkaar? Daarmee kun je maatwerk leveren als het nodig is. Dat lijkt me een stuk efficiënter dan de studiezalen domweg open te houden.

    Bovendien zijn er ook andere, digitale, manieren om je onderzoek aan te pakken. Bv door de benodigde stukken met een digitale camera te fotograferen en vervolgens in alle vrijheid te bestuderen. Niet elk onderzoek leent zich daarvoor maar een beetje creatief nadenken levert vaak meer op dan met de armen over elkaar afwachten tot anderen het voor je regelen.

    Verwijderde gebruiker
  • Die suggesties hebben niets met meer vrijheid en toegankelijkheid te maken, maar betekenen dat je onderzoekers op een bepaalde manier dwingt te werken. Digitale foto's zijn handig, maar ik ga werkelijk niet alles fotograferen. Je schetst hier een wat karikaturaal beeld van studiezaalbezoekers, die alles aan anderen overlaten en met hun armen over elkaar gaan zitten wachten. We hebben het niet over daklozen die studiezalen gebruiken om een beetje op te warmen.

    Studiezalen domweg openhouden? Het domme daarvan ontgaat me.

     

    Verwijderde gebruiker
  • Bij kleinere archiefdiensten zal maatwerk toch mogelijk zijn? Dus contact opnemen met de studiezaalmedewerker om afspraken te maken.

    Onlangs hebben wij (CODA) een week lang een onderzoeker uit Portugal mogen ontvangen. Inderdaad, daarvoor was maatwerk nodig. Ze onderzocht voor haar proefschrift een van onze archieven. We hebben haar geholpen en kijken uit naar de publicatie van haar onderzoek. Ze had haar onderzoek overigens al kunnen voorbereiden doordat een flink deel van het desbetreffende archief gedigitaliseerd is.

    Het verkleinen van de openingsuren en het verbeteren van de digitale dienstverlening lijkt mij geen doemscenario.

    Verwijderde gebruiker
  • @Bernadine

    Wij zijn het eens :)

    @Raymund

    Het is een kwestie van kiezen, liever gezegd keuzes maken. De digitale bezoeker klopt veel vaker aan ons digitale loket dan de fysieke bezoeker aan de balie staat. Als je alle bezoekers serieus neemt dan zul je ook deze digitale bezoekers moeten gaan bedienen. Dat is een proces van leren en innoveren. Dat zal ook zeker met horten en stoten gaan en af en toe ontevreden klanten opleveren. What else is new? Dat is de praktijk al sinds mensenheugenis. Veranderen doet soms een beetje pijn. Voor alle partijen.

    Maar dat alles is iets anders dan spreken van een doemscenario. Ik ben er van overtuigd dat het grootste deel van onze bezoekers tevreden is over wat we ze bieden en wie dat nog niet is, daar moeten we naar luisteren en kijken hoe we die tegemoet kunnen komen. 

    Als je niet bereidt bent om de nieuwe realiteit onder ogen te zien en daar ook consequenties aan te verbinden dan schiet je als openbare instelling tekort. Het gaat om bereikbaarheid voor zoveel mogelijk mensen, niet alleen voor een selectieve groep.

    Verwijderde gebruiker
  • Beste Luud,

    Ik ben zelf een actieve digitale bezoeker. Digitale inventarissen, digitale documenten, mij maak je er blij mee. Maar vrijwel altijd merk ik dat ik er niet onderuit kom om mij ook fysiek naar een archief te bewegen. Omdat nog slechts een kleine fractie van al het materiaal digitaal beschikbaar is. En in een aantal gevallen ook omdat de digitale bestanden onbedoelde gaten vertonen. De volledig digitale studiezaal is een utopie voor paper-born documents.

    Verder heb ik geen enkel bezwaar tegen maatwerk.

    Groetjes

    Raymund

    Verwijderde gebruiker
  • Beste Raymund,

    Maar het is nog steeds mogelijk om het archief te bezoeken en je onderzoek te doen. Om de door jou genoemde redenen zal dat voorlopig ook mogelijk moeten blijven. Alleen het faciliteren van oneindig vrije inloop komt onder druk te staan om de hierboven door mij genoemde reden. Hoe dat proces gaat verlopen en in welk tempo, dat is moeilijk te zeggen. Een aantal archiefdiensten heeft nu de eerste stappen gezet. Overigens wel met de uitdrukkelijke toezegging dat er geïnvesteerd zal worden in het digitaal toegankelijk maken van meer bronmateriaal.

    Zoals ik al zei: er is iets in beweging gezet en we moeten samen proberen er een goed werkend systeem van te maken. Oude waarden zullen daarbij vervangen worden door nieuwe waarden. Het is niet anders. Het is overigens een les van de geschiedenis. Niets blijft zoals het was... :)

    Verwijderde gebruiker
  • Ik ben het 100% met Luud eens. Zolang je geen faciliteiten kunt aanbieden die inzage buiten een studiezaal mogelijk maken blijft zo'n studiezaal open. Keuzes maken in hoe vaak en hoe lang maak je om naast die studiezaal de data over de collectie en meer en meer de stukken zelf ook daarbuiten aan te kunnen bieden. Een studiezaal die 24 uur per dag, 7 dagen per week voor de gehele wereld open is. Dat maakt het voor iedereen mogelijk om onderzoek te doen, ook als ze niet dichtbij wonen (ik herinner me nog levendig complimengen uit Canada van iemand met Nederlandse voorouders die anders nooit aan onderzoe begonnen was). Voor het Gelders Archief is al ooit eens berekend wat 100% digitalisering van al het fysieke materiaal zou kosten. Niet dat dat in de praktijk ook gaat gebeuren (voor een deel van de collectie (nog) absoluut niet nuttig), maar het geeft wel een richting aan natuurlijk. In Amsterdam en Utrecht kun je zelf aangeven welk materiaal je zou willen laten digitaliseren, om je een reis uit te sparen. Een studiezaal is alleen meer dan alleen een plek waar je materiaal kunt inzien natuurlijk. Het is ook een ontmoetingsplek en een plek om kennis te delen, vragen te stellen en vaardigheden te leren of te verbeteren. Juist voor dat doel zal een fysieke zaal meer en meer worden ingezet, verwacht ik.

    Joost Salverda
  • Eens ! Wat Joost zegt, zeg ik regelmatig over een / de openbare bibliotheek, lees in plaats van studiezaal bibliotheek : "... Een studiezaal is alleen meer dan alleen een plek waar je materiaal kunt inzien natuurlijk. Het is ook een ontmoetingsplek en een plek om kennis te delen, vragen te stellen en vaardigheden te leren of te verbeteren. Juist voor dat doel zal een fysieke zaal meer en meer worden ingezet, verwacht ik.". Een belangrijk verschil is natuurlijk dat je in een bibliotheek het meeste materiaal ook mag lenen.

    Verder denk ik in dit verband aan het nieuws van gisteren: Koninklijke Bibliotheek en Nationaal Archief samen verder. Stof tot provinciaal, regionaal en lokaal ... nadenken ?

    Verwijderde gebruiker
  • @Joost S.

    De studiezaal als ontmoetingsplek vind ik te vrijblijvend. Je ontmoet er alleen mensen met een gedeelde interesse :) Het moet geen plek worden waar mensen koffie komen drinken en de krant lezen. Daar zijn genoeg gezellige kroegen en andersoortige etablissementen voor.

    Dat je als archiefdienst je ruimte steeds mee gaat inzetten voor kennisdeling en aanleren van vaardigheden, daar geloof ik zeker in! Dat proberen wij dan ook inhoud te geven in Tilburg eo. Archieven moeten zich op dat pad gaan begeven. Geen hippe apps maken, dat doen anderen veel beter. Concentreren op de inhoud. Focussen op je taak en niet ver daarvandaan gaan. Dat houdt je taakveld overzichtelijk en het is ook budgettair veel beter behapbaar.

    @Joost G

    Om redenen die ik hiervoor bij Joost S noemde vind ik de vergelijking met een bibliotheek niet zo gelukkig. Archieven hebben heel andere informatie, namelijk het soort dat je actief tot je moet nemen om tot een gedachte of onderzoek te komen. Nogmaals: ontmoetingsplek is mij veel te algemeen. Dat vind ik overigens ook voor een bibliotheek. Daar zijn veel betere en geschiktere plaatsen voor, om elkaar te ontmoeten. Bibliotheken lopen het gevaar om een soort van buurthuizen te worden. Dat moet je zien te vermijden.

    Het belangrijkste verschil in mijn ogen is juist dat het materiaal in archieven "ruw" is waardoor een inspannig wordt gevraagd van de bezoeker. Sterker nog, in mijn ogen moet je dat vragen van je bezoeker. Voor het eenvoudiger consumeren van informatie (kranten, documentatie, tijdschriften, boeken, muziek, film ed.)  kun je bij de bibliotheek terecht.

    Verwijderde gebruiker
  • @Luud ruw, tot je nemen... Helemaal mee eens. Al doende leert men, maar uitleg, hulp, instructie, vaardigheden aanleren, daar zie ik wel een focus op ontstaan. Ruw aanbieden en wie wil mag gaan slijpen tot het iets moois wordt. En dat kan zeker ook een app zijn er zijn geweldig mooie combinaties van data te maken en verrassenderwijs zinn het vaak de combinaties die het hem doen. Een tv-gids die filmaankondigingen combineert met imdb-beoordelingen en trailers bijvoorbeeld. En, nog helemaal los van de aard van de inhoud, een app die rss-feeds op werkelijk van alles en nogwat toont in een presentatie die je heel snel help om te zien wat er nieuw is op bv een website van een dienst, de twitteraccount, een zoekvraag in google en noem zo maar op (het ding heet Pulse trouwens). Maar nu sla ik een zijpad in. Materiaal ruw aabieden en, waar lastig te doorzoeken, beter toegankelijk maken, dan heb je ook wat mij betreft de essentie absoluut te pakken.

    Joost Salverda
  • Interessante discussie. Ik val er nu pas in. In Delft zitten we ook met het vraagstuk hoe groot moet nu onze toekomstige studiezaal (in nieuwbouw) worden. Aan de ene kant hebben de afgelopen 15 jaar een terugloop van aantal bezoekers gezien doordat veel geraadpleegde bronnen, eerst via index en later ook nog met scan, op internet beschikbaar komen. De laatste twee jaar zien we dat het bezoek weer wat oploopt maar ook dat het aantal aanvragen in de studiezaal enorm toeneemt. Het lijkt erop dat de bezoekers goed voorbereid komen. Het volledig digitaliseren kost ons circa 12 miljoen euro (incidenteel, en dan spreek ik nog niet over de kosten van hosting van al het materiaal!) en ik vrees dat ik daar geen budget voor krijg momenteel ;-) Anderzijds komt 50% van de aanvragen voor rekening van enkele archieven. Met het scanbudget wat er nu is kunnen we nog geen grote slagen maken. Nieuwbouw gaat toch minimaal voor 20 jaar en het is erg koffiedik kijken nu nog. Voor die 20 jaar hebben we bewust gekozen aangezien ook de overheid steeds meer gaat digitaliseren (vervanging). Ook inschatting van groei is nu moeilijk te maken. Wat je ook ziet is dat je de ene dag 1 bezoeker hebt en de andere dag 20. Ik heb er inmiddels mooie grafieken voor gemaakt.

    Overigens nog even op het 'eenvoudig consumeren' van informatie. Een bibliotheek heeft veelal slechts recente informatie en soms een kleine historische collectie. Als aanvulling op de archiefcollectie acquireren wij ook boeken, documentatie, beelden etc. met het uitdrukkelijke doel deze voor lange tijd te bewaren. Dit is ook opgenomen in de archiefverordening (evenals de particuliere archieven). Een goed onderzoek begint dan ook met een literatuuronderzoek. Natuurlijk is onze collecte slechts beperkt door de locale context en kun je 15 kilometer (KB, CBG) verderop veel meer raadplegen. 

    Het is een uitdaging om vraag en aanbod van studiezaalbezoek op elkaar af te stemmen! Ik zelf kom er niet aan toe een archief voor onderzoek te bezoeken omdat ik doordeweeks gewoon werk. Je snapt dat de digitale studiezaal (en ik bof met het onderzoeksgebied West-Brabant) enorm belangrijk is. Dus maatwerk zou wellicht beter de vraag kunnen beantwoorden.

    Bennie Blom
  • @Bennie

    Toch biedt het mooie mogelijkheden als je nu moet gaan investeren in nieuwbouw. Je kunt namelijk een studiezaal gaan inrichten op een top van 20 bezoekers. Maar hoe vaak heb je die per jaar op de stoep staan? Daar valt mogelijk op het moment dat het voorkomt wel een mouw aan te passen.

    Als je nu minder m3 inricht zou je het voor elkaar moeten krijgen dat je het geld dat je daarmee uitspaart voor een aantal jaar mag gebruiken om de belangrijkste, meest geraadpleegde collecties te digitalsieren. Dat is toch een mooie deal voor de belastingbetaler? Op langere termijn structureel minder lasten en voor een periode van bv 10 jaar meer geld voor het archief om collecties te digitaliseren. 

    Dat zijn wel belangrijke keuzes en het is zaak de verantwoordelijken daar van te overtuigen. Korte termijn is bij archieven vaak niet de meest kosteneffectieve manier om met middelen om te gaan. Ik wens je veel wijsheid toe en als je er eens over wilt sparren dan weet je me te vinden! :)

    Verwijderde gebruiker
  • Het uitspreken van een doemsenario tussen het opstellen van de studiezaal en digitaal geeft al aan naar welke kant er gedacht wordt. Het wel of niet openstellen van de studiezaal doe je echter niet aan de hand van de hoeveelheid digitale documenten maar aan de hand van het aantal bezoekers. Er is geen strijd tussen studiezaal en digitaal.Bij het Waterlands Archief hebben we een aantal jaren op zeterdag de studiezaal open gehad. Vooral voor de bezoeker die van "ver" zou moeten komen. Gemiddeld aantal bezoekers 0,5 per dag tegenover 2 medewerkers. En de bezoekers waren bezoekers die ook al door de weeks kwamen. Dan naar de donderdagavond, handig voor bijvoorbeeld de "bouwvergunning bezoekers". Het zelfde beeld de bouwvergunning bezoekers bleven overdag komen en bezoekers die al overdag kwamen kwamen soms ook op donderdagavond. Gemidded bezoekerss aantal 0,3 tegen 2 studiezaalmedewerkers. Conclusie hier stoppen we mee, dit is niet verantwoord. Geen enkel moment is hier de toenemende digitalisering in beeld geweest. Ongetwijfeld zal het zijn invloed hebben gehad maar dát is niet het gegeven. Openingstijden stem je af op het aantal bezoekers. Wat nu een enkele maal is voorgekomen dat iemand een afspraak maakt om ook buiten de openingstijden een onderzoek te doen. Voor deze enkele bezoeker verrichten wij maatwerk maar wordt niet een hele studiezaal geopend.

    Op de dagen die we open zijn zie we wel een toename van het aantal bezoekers. Niet uit te sluiten is dat deze "gelokt" worden door het digitale aanbod van inventarissen en toegangen en wat al wel is gescand.

    Dus geen doemsenario gaan schrijven voor iets wat helemaal geen doem is maar een verschuiving van vraag en aanbod.

     

    Met vriendelijke groet

     

    Cees de Groot

    Verwijderde gebruiker
  • @Bennie, ten aanzien vande nieuwbouw in Arnhem hebben we op dezelfde manier gekeken naar de te plannen ruimte voor een studiezaal. Structureel vierkante meters besparen door de kopiebronnen die deze nu in beslag nemen te digitaliseren met een incidentele investering vind ik heel goed te verantwoorden. De exploitatie van vierkante meters is vele malen duurder dan de digitalisering en hosting van vele pagina's bronnenmateriaal. Daarbij moet je zeker je top tien meenemen waar het om aantal aanvragen gaat.

    De ervaring met bezoek versus aanvraagcijfers is bij ons gelijk. Dalend aantal bezoeken (je kunt de toegangen immers thuis alvast bekijken en zelfs je stukken alvast van huis uit aanvragen), maar omgekeerd evenredig een stijgend aantal aanvragen (enorme toename van het aantal aanvragen per bezoek). Een van de mogelijke oorzaken: betere doorzoekbaarheid van de data over de collectie en sinds een jaar of vijf ook de mogelijkheid om zonder beperkingen (niet-openbaar materiaal uitgezonderd) opnames te maken van het materiaal. Bezoekers komen minder vaak, vragen meer aan, maken er opnames van en gaan thuis (of waar dan ook, maar niet meer in de studiezaal) met het materiaal aan de slag.

    Ik vind het wel bijzonder om te horen dat er een bibliotheekcollectie wordt gevormd, wetende dat er in de nabije omgeving twee grote instellingen zijn die ook een dergelijke collectie beheren. Is jullie collectieprofiel daar op afgestemd?

    Dat het aantal bezoekers per dag niet te voorspellen valt herken ik zeker. Een dag (of zelfs datum) die voorgaande jaren uitzonderlijke rustig was, kan een jaar later opeens een topdag worden. Waarom laat zich slecht voorspellen (weersomstandigheden uitgezonderd). Het blijft denk ik van gemiddeldes uitgaan bij het maken van plannen.

    @Cees Wij zien een toename vooral digitaal. Aan de andere kant maken ook wij wel eens een uitzondering in bijzondere gevallen (bijvoorbeeld Australiërs die speciaal voor een dag onderzoek naar Anrhem gekomen zijn, terwijl wij net die dag gesloten zijn). Ik deel je mening dat kosten en baten in evenwicht moeten zijn. De uren die je spendeert door de inzet van twee betaalde medewerkers kun je maar één keer inzetten.

    Joost Salverda
  • Luud, laat ik het ontmoeten nuanceren. Het is goed en belangrijk begrijp ik mede door jouw reactie dat dergelijk ontmoetingen bijdragen aan de interactie over het ruwe archiefmateriaal. Echter ik zie zelf geen bezwaar tegen het aanbieden van minder ruwe bronnen en / of, al dan niet online, cursusmateriaal dat mensen helpt de weg te vinden in jouw / een archief, al dan niet met een kopje koffie er bij. Misschien zijn een soort open inloop groepen / klassen / cursussen een idee. En ik blijf de aansluiting tussen een archief en bibliotheek zien. Er is een zekere overlap en een deel van de bibliotheekbezoekers is vast te interesseren in wat het archief te bieden heeft en omgekeerd.

    Joost, ook wat mij betreft zijn open data, api's, tools, apps, etc. welkom. Ieder hulpmiddel dat mensen kan helpen hun weg te vinden in een archief of bibliotheek. Ik denk ook aan bijvoorbeeld e-learning, 'VeleHanden' en andere 'labs'.

    Luud, ik vind dat de laagdrempeligheid van een openbaar gebouw zoals een bibliotheek wordt onderschat evenals het belang daarvan. Niet iedereen heeft voldoende geld om elkaar regelmatig betaald (minimaal een consumptie) te ontmoeten.

    Misschien liggen een buurthuis, wijkgebouw, bibliotheek en een archief veel meer in elkaars verlengde dan jij (?), 'mensen' nu nog willen denken / geloven. Dat er voldoende verschillende (stilte-/studie-)ruimten moeten zijn vind ik dan weer zeker !

    Verwijderde gebruiker
  • @Luud Inderdaad zou minder m3/m2 kunnen compenseren voor meer scanbudget. Het overhevelen van budgetten is een lastige. We hebben ook doorgerekend wat het zou kosten om meer te digitaliseren en slechts depotruimte weg te zetten maar dat was financieel geen haalbare kaart. Men verkijkt zich soms wel op het digitaliseringsproces. Het is niet eenvoudig een blaadje op de scanner en scannen maar. Er komt dus een belangrijke structurele kostenfactor bij die begrotingstechnisch weer niet zomaar uit de huisvestingsbudget kan worden gehaald. Onze ICT is ook nog eens niet organisatorisch flexibel. Aan ICT infrastructuur zul je ook wat moeten doen en dat mag ook weer niet uit het huisvestingsbudget komen. Het zal nog een hele klus worden. We gaan overigens nu wel inleveren op balie/studiezaalruimte/vrijwilligersruimte t.o.v. situatie nu, maar zie dat nog niet terug in de stijging van het scanbudget! Het is de ruimte efficiënter benutten.

    Je ziet verschillende moeilijke afwegingen en dan besef je weer wat voor invloed digitalisering heeft op een archiefinstelling. Want ook qua depotbehoefte is het zo dat de digitalisering niet de klassieke oplossing m2 vraagt maar TByte. Enkele gemeenten staan op het punt de vervangingsaanvraag te doen. En ook Tb gaan geld kosten en dat kan nog wel eens oplopen.

    @Joost. Inderdaad is er een bibliotheekprofiel en gaan we steeds meer rekening houden met de andere mogelijkheden. Je moet je er niet teveel van voorstellen overigens. 

    Het bezoekersaantal per dag lijkt ook niet afhankelijk te zijn van het weer overigens! Ik ben erg benieuwd naar jullie afwegingen in de nieuwbouw wat betreft publieksruimten.

    Bennie Blom
  • Ik vraag mij af hoeveel procent,of wellicht promille, van de beschikbare archiefbestanden is gedigitaliseerd. Neem bijvoorbeeld de ca. 700 kilometer archief van het Nationaal Archief. Hoeveel (kilo)meter is daarvan is digitaal beschikbaar? 

    Verwijderde gebruiker
  • Sommige mensen kunnen thuis niet werken of studeren. Sommige mensen kiezen ervoor om niet thuis te werken, of om thuis niet bezig te zijn met archieven. Die keuze moet altijd blijven. Wel is er sprake van vraag en aanbod. Als het voorwerk (het zoeken) zich steeds meer verplaatst buiten het fysieke archief, dan heeft het weinig zin om een grote studiezaal te onderhouden. Dit betekent dus dat een archief het aantal bezoekers van studiezalen moet bijhouden. Probleem opgelost lijkt me? ;-)

    Verwijderde gebruiker
  • Mooie discussie! Als BHIC zijn we natuurlijk redelijk debet geweest aan het nu voeren daarvan; op SlideShare vind je een presentatie die ik heb gebruikt tijdens info-uurtjes aan onze bezoekers, om onze keuze uit te leggen.

    Er wordt vaak gezegd dat studiezalen nog niet dicht zouden kunnen (en dat zijn ze ook nog niet!) omdat nog lang niet alles online staat. Dat laatste is ook zo en zal zeker nog even zo blijven. Maar onze dienstverlening behelst véél meer dan alleen het aanbieden van archieven (op een studiezaal of via een website) en dat kost allemaal tijd. Denk bijvoorbeeld aan die functie van ontmoetingsplek, kennis delen, vragen stellen aan een archivaris enzovoort, welke functie door een aantal als groot voordeel van de fysieke studiezaal wordt genoemd. Daar wordt de onze ook voor gebruikt hoor, maar in het kwadraat heeft het internet toch echt ook díe functie overgenomen. Op onze forums wordt bijvoorbeeld op grote schaal kennis uitgewisseld, onze chatservice wordt daarnaast druk gebruikt om archivarissen vragen te stellen enzovoort.

    Heel veel van onze klanten hebben helemaal geen archief nodig. We kunnen er lang en breed over praten, maar uiteindelijk is het aantal klanten dat (om met de woorden van Raymond te spreken) 'serieus onderzoek' doet, relatief heel erg klein geworden. Die groep was jarenlang zowat de enige doelgroep van archieven, maar inmiddels is het een minderheid aan het worden (of reeds geworden). En tja, dan zul je toch echt moeten kijken hoe je alle beschikbare middelen herverdeeld over al je doelgroepen/klanten.

    Tijdens alle communicatie rond de nieuwe openingstijden van het BHIC vond ik één moment opvallend. Van één iemand hoorde ik dat we alle dagen per week, liefst 24 uur per dag de studiezaal open zouden moeten houden. Van een ander hoorde ik diezelfde dag dat we liefst alles morgen gescand online zouden moeten hebben. Beide geluiden kwamen tot mij via een forum...

    Christian van der Ven
  • Gaat de archivaris bepalen hoe iemand onderzoek moet doen ? (in strijd met de 'beroepscode'  toch ?) Gaan we alle (potentiële) bezoek(st)ers 'over één kam scheren'?

    Laat de behoeften van het (totale) publiek aan het publiek over, lijkt mij. Niet iedereen kan en wil met een computer omgaan. Of met een digitale camera. (desnoods 'scanning on demand' ofwel SOD toepassen, naar behoefte).

    En (zoals we weten) is het 'recht op vrij toegankelijke informatie' een BASISRECHT voor IEDEREEN (d.w.z. OPENBAAR).

    Verwijderde gebruiker
  • @WimvdHoonaard. Ik ben het geheel met je eens. Slechts een zeer beperkt deel van de archieven is digitaal beschikbaar. Als de toegang tot de fysieke archieven wordt beperkt, dan is dat een beperking op het recht op vrij toegankelijke informatie. Die trend is helaas de laatste twee jaar waarneembaar bij het Nationaal Archief.

    Verwijderde gebruiker
  • Beste Raymund en Wim,

    natuurlijk hebben bezoekers van het "fysieke" archief, recht op toegang. De archiefwet waarborgt dit immers. Alleen is dit nooit bedoelt als een OPBEPERKT recht tot toegang. Als het "publiek" niet naar de studiezaal komt dan kiest het "publiek" zelf voor minder facaliteiten bij de "fysieke" studiezaal. Daar is wettelijk niets mis mee.

    Verwijderde gebruiker
  • @Cees de Groot

    Beste Cees,

     

    'ONBEPERKTE' toegang wordt dus 'INGEPERKTE' toegang.

     

    vr. groet, Wim.

    Verwijderde gebruiker
  • Er is sprake van een grondrecht: volledige toegankelijkheid. Dat het publiek hier minder gebruik van maakt, is voor het principe niet van belang. Nu zijn er uitvoerende instanties die om praktische en economische redenen de toegang beperken en dit legitimeren door lagere bezoekersaantallen. Die toegankelijkheid kan alleen op grond van een democratische genomen  besluit tot afschaffing worden beperkt of afgeschaft. Ik zou dat overigens zeer betreuren.

    Verwijderde gebruiker
  • @Raymund Schütz

    Ik snap het.

    Maar het grondrecht wordt dus wel aangetast. Misschien door de 'waan van de dag' (dat er momenteel minder publiek behoefte heeft een studiezaal te bezoeken).

    En dat alles geld kost (aan de aanbodkant) dat snap ik ook.

    Dus geld is nodig om een grondrecht als dit te kunnen waarborgen !

     

    Wim.

     

    Verwijderde gebruiker
  • @ Wim. Grondrechten kosten geld. Tegenwoordig wordt het  gebruik maken van grondrechten gezien als consumptie. Minder consumptie = minder voorzieningen. Archieven zijn echter geen aanbieders van consumptiegoederen, maar instituten die een wettelijke functie uitoefenen, die belangrijk wordt geacht binnen een democratisch systeem: toegang tot overheidsarchieven.   

    Verwijderde gebruiker
  • @Raymund

    Bedankt voor de uitleg.

    We zijn het eens. ('Archieven zijn echter geen....toegang tot overheidsarchieven') (en particuliere archieven).

    Verwijderde gebruiker
  • @Raymund en Wim

    Het recht op toegankelijke informatie wordt op geen enkele manier beperkt door de openingstijden van archiefinstellingen of bibliotheken aan te passen. Het recht blijft namelijk recht overeind staan. 

    Je kunt niet betogen, en wettelijk staat dat ook nergens, dat het recht op toegankelijke informatie alleen behaald wordt door een bepaald aantal uur openstelling van studiezalen of onderzoeksruimten.

    Bovendien blijkt dat steeds meer mensen hun informatie online zoeken en op digitale wijze kan het recht op toegankelijke informatie breder verwezenlijkt worden, tegen geringere kosten.

    Waar is dat "recht op toegankelijke informatie" trouwens vastgelegd?

    Verwijderde gebruiker
  • @Luud (e.a.)

    Het 'recht op toegankelijke informatie' lees ik bijvoorbeeld in de 'Universele verklaring van Archieven' door het ICA vastgesteld en door de UNESCO geaccepteerd.

    Op de titelpagina hiervan staat: 'Vrije toegang tot informatie verrijkt onze kennis van de samenleving, bevordert democratie, ...'etc.

    Op pagina 1 (rechterkolom): 'voldoende middelen...', 'archieven worden toegankelijk gemaakt voor iedereen (...) rechten van individuen (...) en gebruikers van archieven'.

     

    (misschien wordt het drammerig; maar het is wel een zeer belangrijk item, vind ik; voorlopig laat ik het maar hierbij). Vr. groet, Wim.

     

     

    Verwijderde gebruiker
  • @ Luud. 

    Uit het grondrecht op vrijheid van meningsuiting, dat zeker tegenwoordig als kern van de democratie wordt beschouwd, valt rechtstreeks af te leiden het recht op vrijheid (toegankelijkheid) van informatie.

    Nu zal de beperking van de openingstijden van studiezalen met enkele uren per week dit grondrecht niet fundamenteel aantasten, dat ben ik met je eens.

    Echter, als men overgaat tot digitale studiezalen, zal dit in de praktijk wel tot een beperking leiden. Immers, zoals ik al heb aangegeven, is slechts een zeer beperkt deel van de archieven gedigitaliseerd. On demand digitaliseren is kostbaar. Ik ben doorgaans in archieven bezig met weinig informatiedichtheid bevatten. Als ik dan alles eerst moet laten digitaliseren, wordt het onderzoek een onbetaalbaar. Bovendien, met digitaliseren worden stukken vaak overgeslagen etc. Ik wil de doos of de map zien. Ongefilterd. Punt.

     

    Verwijderde gebruiker
  • Een interessant en toepasselijk artikel over dit onderwerp:

    Nederlands Dagblad, zaterdag 3 december 2011 (o.a. pagina 7): 'Archief digitaliseren kost veel tijd' en 'Historici vrezen digitalisering archieven' (o.a. vanwege verslechterde openingstijden en omdat archieven hoogstens vijf tot tien procent van de 'collectie' digitaliseren).

    Het KNHG en de directeur van het Nationaal Archief bepleiten een oplossing voor historici die op beperkte opening van studiezalen stuiten.

    (hier dus wel de hoogopgeleiden, maar dat terzijde).

    Bijv. het Gelders Archief doet aan 'scanning on demand', lees ik in dit artikel.

    Verwijderde gebruiker
  • @Wim

    Ik vind het helemaal niet drammerig, tenminste niet van jouw kant :)

    Het "recht op toegankelijke informatie" is dus een beetje geconstrueerde term die nergens als zodanig (be)staat. Dat blijkt ook uit de reactie van Raymund.

    Laat er geen misverstand over bestaan: ik ben archivaris en ik ben groot voorstander van het onbevooroordeeld ter beschikking stellen van archieven. Aan een zo breed mogelijk publiek. Dat die archieven en collecties openbaar en toegankelijk beschikbaar zijn, dat garandeert de archiefwet en bijbehorende regelingen. Dat moet vooral zo blijven.

    @Raymund

    Volgens mij is dit al een paar keer gezegd: er zal voorlopig nergens sprake van zijn dat het raadplegen van archieven "in the flesh" onmogelijk wordt. Dat was ook een van de punten, dat het genoemde doemscenario in geen velden of wegen te herkennen is. 

    Verwijderde gebruiker
  • @ Luud. Het feit dat een recht is afgeleid van een grondrecht, betekent niet dat het nergens op is gebaseerd. 

    Je geruststelling, dat er voorlopig nergens sprake van zal zijn dat het raadplegen van fysieke archieven onmogelijk wordt, is voor mij een reden om de ontwikkelingen op dit gebied met argusogen te volgen. 

    Wat mij betreft case closed (voorlopig dan...).

    Verwijderde gebruiker
  • @Wim @Raymond: In ieder geval het BHIC bepaalt voor niemand hoe hij/zij onderzoek moet doen. Maar wij hebben een beperkt aantal middelen (net als iedereen) en moeten die zo goed mogelijk inzetten, zodat wij zo veel mogelijk mensen kunnen helpen. En wij luisteren heel goed naar die mensen om te horen hoe wij dat het beste kunnen doen. En verreweg de meeste van die mensen willen digitale dienstverlening.

    In verhouding tot het aantal bezoekers wat er gebruik van maakt ten opzichte van het aantal bezoekers wat gebruik maakt van onze website, zijn onze studiezalen nog steeds heel erg vaak geopend (en dat houden we voorlopig ook zo).

    Wim, zodra jij mij kan vertellen wat de 'behoeften van het (totale) publiek zijn', dan hoor ik het graag van je. En iemand die niet met een computer kan of wil omgaan, die kan naar onze studiezaal komen. Dat kan nog altijd op drie dagen in de week en eens in de maand op een zaterdag. En als dat tot hele grote problemen leidt, dan kan dat zelfs nog wel op afspraak op een andere dag. Maximale service, lijkt me zo.

    Raymond, zoals ik al eerder uitlegde: dienstverlening is veel méér dan alleen de beschikbaarheid van archieven, al dan niet digitaal. Verreweg de meeste van onze huidige digitale klanten kunnen al prima langs digitale weg worden geholpen (en ook veel studiezaalklanten raken tijdens hun bezoek geen origineel stuk aan), ook al staat er pas een klein deel online van het totaalaanbod aan archieven in onze depots.

    Ter informatie: de keuze van het BHIC heeft (nog) niet voor onoplosbare 'problemen' geleid.

    Christian van der Ven
  • Excuus, mijn vorige reactie was geschreven naar aanleiding van reacties die alweer acht uur geleden werden geplaatst. Daarna was er nog een hele pagina met reacties bijgekomen, maar die had ik nog niet gezien...

    Maar de reacties op die pagina overziend, ben ik nu nóg blijer met de keuze die het BHIC heeft gemaakt: door die keuze kunnen we nu namelijk nóg meer mensen in staat stellen op de manier die zíj verkiezen gebruik te maken van hun zogenoemde (grond)recht op informatie (en we hebben het steeds over 'informatie', wat veel breder is dan 'slechts' archieven).

    Maar goed, ik stel voor dat we de volgende keer allemaal stemmen op een partij die de archiefsector zó veel geld geeft, dat we de studiezaal 24/7 open kunnen houden en bovendien alle archieven kunnen scannen. (Dat was een grapje.)

    @Wim: je had het over de 'waan van de dag' toen je het over bezoekersaantallen en het beperken van openingstijden had. Die 'waan' duurt tenminste op het BHIC al tien jaar: gedurende het afgelopen decennium is ons bezoekaantal ongeveer gehalveerd (zie mijn presentatie). Het aantal digitale bezoeken daarentegen is explosief gegroeid.

    Nou zijn die twee categorieën bezoekers natuurlijk niet over één kam te scheren. Maar als je die staatjes ziet, dan zal iedereen begrijpen dat je keuzes moet maken. En ik denk dat in ieder geval het BHIC een hele redelijke heeft gemaakt. En andere archiefdiensten (die hun fysieke openstelling hebben beperkt) ook.

    Zoals gezegd: iedereen kan nog steeds op bepaalde dagen naar de studiezaal komen. En als die dagen écht niet schikken, dan maken we een afspraak. Ik weet dat dit voor Tilburg ook geldt. Dus het lijkt me geenszins dat er sprake is van een 'beperking' van welk recht dan ook. Sterker: er zijn nu nóg meer mogelijkheden om gebruik te maken van dat recht.

    Tijdens de komende KVAN-dagen wordt er hopelijk een goede discussie aan dit onderwerp besteed - een voorstel daartoe was in de maak, begreep ik.

    Christian van der Ven
  • Hoewel ik deze discussie maar zijdelings gevolgd heb, bedacht ik vanmorgen ineens wat me dwars zat: jullie (met name Otto, Raymund en Wim) vechten de verkeerde oorlog. Het probleem van de beperkte openbaarheid van informatie zit echt niet bij de archiefdiensten die 's morgens een uurtje later open gaan of een extra sluitingsdag invoeren. Er zijn twee andere elementen die een veel grotere impact hebben: lokale overheden zonder archivaris en achterstanden in de overbrenging. Om met dat eerste te beginnen twee voorbeelden dicht bij huis (voor mij dan): de gemeente waar ik woon en "mijn" waterschap. Het archief van de gemeente Meerssen kun je bezoeken op dinsdag tussen 09.00-12.30 en 14.00-16.00. Op internet beschikbare reproducties en toegangen: geen enkele. Het volledige archief van waterschap Roer en Overmaas bevindt zich in hun gebouw in Sittard, maar daar is helemaal NIETS over te vinden op hun website. Geen telefoonnummer, geen openingstijden, laat staan toegangen en reproducties. En dit zijn maar twee Limburgse voorbeelden, maar als je een beetje rondklikt in de Archiefwiki zie je dat er veel meer van dit soort "witte plekken" zijn.

    Dan de overbrenging... De Archiefwet 1995 stelt dat archieven na twintig jaar overgebracht moeten worden naar de archiefbewaarplaats en dus openbaar zijn. Hierbij mag, maar dat moet niet, gewerkt worden met tien-jarenblokken. Simpel gezegd betekent dit dat op dit moment in principe alle archieven tot en met 1991 openbaar moeten zijn (met een uitloop tot 1982). Over de "magische achterstanden" van het Rijk op dit punt hoeven we het niet te hebben. Die achterstanden zijn groot (misschien iets minder gigantisch dan hier en daar gesuggereerd wordt, maar toch redelijk omvangrijk).

    Bij de lokale overheden ziet het er wat beter uit. Er zijn heel wat gemeenten en provincies die hier aan voldoen, het LOPAI heeft dat in 2010 voor de 30 grootste gemeenten geïnventariseerd. Maar er zitten wat haken en ogen aan die inventarisatie. Zo worden bouw-, hinderwet en milieuvergunningen meestal niet meegenomen in dergelijke overzichten, want wat blijkt: kilometers bouwvergunningen zijn nog niet overgebracht naar de archiefdiensten. En niet overgebrachte archieven vallen formeel onder het openbaarheidsregime van de WOB, met alle mogelijke negatieve gevolgen van dien. Klagen over beperkingen in de openbaarheid en toegankelijkheid bij archiefdiensten vind ik een beetje blasé, wat daar is, is toegankelijk, hetzij digitaal, hetzij op de studiezaal. (Hierbij ga ik even voorbij aan de ongeordende en onbeschreven archieven die ook nog wel eens voorkomen in de archiefdepots...) Het grote probleem zit bij de archieven die niet door een archivaris met een archiefdienst beheerd worden.

    Verwijderde gebruiker
  •  

    Beste Ingmar ik kan mij goed vinden in je opmerkingen, alleen moet ik je volgens mij corrigeren op een opmerking (die eigenlijk buiten deze discussie valt) Namelijk: "En niet overgebrachte archieven vallen formeel onder het openbaarheidsregime van de WOB, met alle mogelijke negatieve gevolgen van dien" Volgens mij is dit een veel voorkomende misvatting. Het feit dat een overheidsorgaan de Archiefwet overtreed door niet over te dragen wil niet zeggen dat daardoor de openbaarheid op grond van de Archiefwet óók wordt opgeschort. Alle overheidsarchieven zijn na 20 jaar op grond van de archiefwet openbaar ook als ze niet zijn overgedragen. Alleen heeft nog niemand eens hierover een rechtszaak aangespannen.

    Verwijderde gebruiker
  • Goedemorgen Cees,

    Het is inderdaad enigszins off-topic, maar ik reageer toch even.

    Artikel 12 bepaalt dat archieven na twintig jaar moeten worden overgebracht naar een archiefbewaarplaats.

    Artikel 14 bepaalt dat alle archieven die naar een archiefbewaarplaats zijn overgebracht openbaar zijn.

    Er staat nadrukkelijk nergens in de wet dat alle archieven na twintig jaar openbaar zijn. Dit kan nog gelardeerd worden met wat citaten van Ketelaar uit Archiefrecht:

    Eerst A13-3/4waar het gaat om de machtiging tot opschorting van de overbrenging:

    De wet verbindt aan de opschorting van de overbrenging van archiefbescheiden naar een archiefbewaarplaats een rechtsgevolg: niet de bepalingen over openbaarheid van de Archiefwet 1995 worden van toepassing, maar de bepalingen geldende voor niet-overgebrachte archiefbescheiden. [...]

    Dan A14/2 over de openbaarheid van niet in de archiefbewaarplaats berustende archiefbescheiden, deze passage is uit de behandeling van de WOB in de Tweede Kamer:

    “Er komt echter een moment dat het bestuurlijk belang van documenten ophoudt te bestaan omdat de besluitvorming is achterhaald of door de tijd overleefd. Exacte grenzen zijn echter niet aan te geven omdat de situatie van aangelegenheid tot aangelegenheid verschilt. Om toch de bestuurlijke oriëntatie van de WOB te markeren is besloten de grens van de werking van de WOB te leggen bij het moment van overdracht van de documenten naar de archieven ingevolge de Archiefwet 1962. Van dat moment af geldt het openbaarheidsregime van die wet.”

    Met andere woorden: niet-overgebrachte archieven (te bewaren en op termijn te vernietigen) vallen onder het openbaarheidsregime van de WOB, overgebrachte archieven onder dat van de Archiefwet.

    Verwijderde gebruiker
  • @Christian

    Bedankt voor je uitgebreide en goed beargumenteerde reakties.

    Nog even: 'de behoeften van het totale publiek' zijn niet voor 100% vast te stellen lijkt mij, omdat je nooit van tevoren weet wat iemand wil vragen/onderzoeken. Deze informatiebehoefte kan met de 'waan van de dag' te maken hebben. (dat is misschien een 'open deur'...?)

    Dat bedoelde ik zo'n beetje.

    (zonder dat ik statistieken e.d. had bekeken).

     

    Ik ben wel benieuwd naar de discussie die tijdens de KVAN-dagen (en in vakliteratuur ?) hierover gevoerd zal worden...

    Verwijderde gebruiker
  • @Ingmar Koch

    Beste Ingmar,

    je hebt gelijk dat die andere elementen die je noemt een veel grotere impact hebben.

    Maar dat laat niet onverlet dat die punten die wij verdedigen ook heel belangrijk zijn volgens mij.

    Zoveel mogelijk publiek proberen te 'trekken' en ze ook zoveel mogelijk kunnen 'bedienen' (door o.a. voldoende openingstijden èn inderdaad goed toegankelijke en aantrekkelijke/duidelijke websites met veel mogelijkheden).

     

    vr. groet, Wim.

    Verwijderde gebruiker
  • Met grote interesse hebben Ton en ik de afgelopen weken het, zelfs sterk toenemende, aantal reacties gevolgd. Onze signalering van deze trend blijkt in ieder geval breder te zijn opgepikt - met dank dus aan alle respondenten - ook al ziet niet iedereen het als een probleem (maar eerder als de toekomst óf in ieder geval een uitdaging) of zelfs maar het kernprobleem. 

    Door de terugdringing van openingstijden worden archieven hoe dan ook minder toegankelijk, ongeacht of daar nu een digitale dienstverlening tegenover staat of niet aangezien niet alle archieven (nu of in de nabije toekomst) zullen worden gedigitaliseerd. Integendeel, slechts een beperkt aantal zal dit lot ondergaan, een service die bovendien gericht is op één bepaalde groep bezoekers. Wie de deuren sluit, zal deze niet gauw meer openen (daar moeten dan bv. 'extra' middelen voor worden gevonden). Daarnaast: wie voor een dichte deur komt te staan, zal wel twee keer nadenken alvorens hij nog eens een bezoek waagt. Onderzoekers zullen dan een archief opzoeken dat wel open is en of hun vraagstelling op een alternatieve manier proberen te beantwoorden.

    Maatwerk voor de overige bezoekers is natuurlijk een prachtige oplossing, daar waar mogelijk, maar is wel een beetje de omgekeerde wereld: niet 'open mits', maar 'gesloten tenzij'. Dit scenario klinkt ook enigszins als een situatie van een min of meer geprivilegieerde toegang.

    Met de raadpleging van documenten via openbare studiezalen raken we de kern van het vak: het lijkt erop dat archivarissen hun kerntaak - van beschikbaarstelling - steeds meer vergeten. Hiermee is de openbaarheid van overheidsarchieven en daarmee de rechtsstaat in het geding. Archieven zijn er niet voor de gezelligheid, ook al is er niets mis mee het de bezoeker zo aangenaam mogelijk te maken (o.a. via de handreiking van allerlei digitale hulpmiddelen). Zij vormen in eerste aanleg een controlemiddel op het openbaar bestuur; de 'historische' waarde van archieven komt pas op de tweede plaats, ook al komt het gros van de bezoekers daarvoor.

    Archiefdiensten moeten in toenemende mate schipperen met mensen en middelen, terwijl er alleen maar taken bij lijken te zijn gekomen (mede als gevolg van de opschuiving van het archiefwezen naar de erfgoedsector). Hierbij horen bepaalde prioriteringen. Wij vragen slechts aandacht voor het feit of die discussie niet naar een hoger plan moet worden getild.

    Veel archiefdiensten bieden bijvoorbeeld allemaal dezelfde cursussen aan: zou dit niet centraler kunnen worden geregeld of, wie weet, zelfs digitaal? Gaat de aandacht voor (retro)digitalisering, tenslotte ontstaan als gevolg van het nieuwe doelgroepenbeleid, ook niet ten koste van de voorbereidingen op de toekomst? Zou het niet veel beter zijn om qua digitalisering eerder vooruit te kijken en voorbereidingen te treffen dan bronnen die overwegend al op microfiche stonden ook nog eens te digitaliseren?

    In dat opzicht heeft Ingmar gelijk (ook al voer ik geen oorlog, en begint hij in wezen een andere discussie) door erop te wijzen dat het met de basale toegankelijkheid van archieven her en der ('witte plekken' of eigenlijk witte vlekken) soms schrikbarend gesteld is. Voeg daar de achterstanden in de overbrenging nog eens bij. En dan moet de digitale vloedgolf dus nog komen. Kortom, het archiefwezen staat nog voldoende uitdagingen te wachten. In tegenstelling tot het verleden, vraagt een en ander alleen om een centralere oplossing en meer regie. De archiefsector in Nederland zou dan ook veel meer de handen ineen moeten slaan.

    Verwijderde gebruiker
  • De discussie wordt erg interessant!

    Ingmar heeft er de WOB bij gehaald en deze weg getypeerd als een moeilijke weg. De zin van Otto die mij triggert is 

    "Archiefdiensten moeten in toenemende mate schipperen met mensen en middelen, terwijl er alleen maar taken bij lijken te zijn gekomen (mede als gevolg van de opschuiving van het archiefwezen naar de erfgoedsector). Hierbij horen bepaalde prioriteringen."

    Ik denk dat daar een belangrijke kern van waarheid in zit. Archiefdiensten zijn inderdaad sinds de nota archieven in de etalage de verkeerde kant op geschoven. En dat had ongetwijfeld te maken met de budgetten die toen nog voor handen lagen. Ik kan alleen maar constateren dat een archiefinstelling geheel andere, ja zelfs soms tegengestelde taak heeft als een museuminstelling. Een museum moet een vaak een verhaal vertellen en archieven kunnen dat niet zonder ze te raadplegen. En dat raadplegen/tentoonstellen is geen taak van de archiefinstelling. De archiefinstelling moet dat faciliteren. Onderzoekers moeten het werk doen.

    Een archiefinstelling (en ik bekijk het even vanuit gemeentelijke context) heeft een drietal wettelijke taken, die afgeleid zijn van het hoofd van de archiefdienst (de gemeentearchivaris) namelijk:

    het beheer van de archiefbewaarplaats en de daarin overgebrachte archieven (art. 32 lid 1 Archiefwet 1995)

    • het (kosteloos) ter beschikking stellen van archiefbescheiden die zich in de archiefbewaarplaats bevinden (art. 17 lid 1 jo. art. 14 Archiefwet 1995)

    • Het toezicht, onder bevelen van het college, op het beheer van de nog niet-overgebrachte archieven (art. 32 lid 2 Archiefwet 1995)

    Naast de bovengenoemde taken zijn er nog aantal taken die worden gezien als kerntaak maar die gezien de Archiefwet bovenwettelijke genoemd kunnen worden. Deze beogen enerzijds het behouden en conserveren van het lokaal erfgoed en anderzijds het verbeteren van de benutting van archieven om zo de kennis van de lokale geschiedenis en de openbaarheid te vergroten. Het zijn de volgende activiteiten

    het acquireren en beheren van particuliere archieven

    het verwerven van documentatie (historische beeld- en geluidcollecties, bibliotheek) over onderwerpen die van lokaal belang zijn.

    het verzorgen van educatieve programma’s voor doelgroepen (meestal door invulling van het cultuurmenu dat in een onderwijsprogramma is opgenomen) die ten eerste inzicht geven in het belang van archieven voor de samenleving en als bron voor een (wetenschappelijk) onderzoek.

    • het op zodanige wijze beschikbaar stellen van de beheerde archieven dat het benutten ervan voor een breder publiek mogelijk is. Bijvoorbeeld door digitalisering en beschikbaar stellen via internet waardoor deze 24/7 beschikbaar zijn.

    We kunnen immers stellen dat bewaren van archieven alleen ook geen doel moet zijn. Ze moeten worden geraadpleegd. In dat kader vind ik ook dat we dus data (scans etc.) moeten open stellen. Dat is overigens wel een politieke mening. Het ligt nog niet goed verankerd in wetgeving. De implementatie van de EU-hergebruik richting stelt archiefinstellingen (nog) vrij van  deze regels.

    Ik ben ook van mening dat de gemeentearchivaris hierin zelf een rol in moet spelen en dat hij in de organisatie zodanig is ingebed dat hij de wettelijke taken direkt onder het college kan uitvoeren. In dat kader kan ik het boek bullshitmanagement van Jos Verveen aanbevelen.

    Overigens zou ik de toezichthoudende taak los willen koppelen van het beheer en beschikbaarstellen en deze onder jurisdictie van de gemeenteraad willen brengen. Maar dat is een heel andere discussie.

    Ook in bovenstaand kader denk ik dat verzelfstandiging van archiefdiensten geen optie is. De gemeentearchivaris is aldus de Archiefwet de beheerder van de archiefbewaarplaats. Dat uitbesteden is eigenlijk de verantwoordelijkheid wegleggen bij een private onderneming (wellicht zonder winstoogmerk). Je kunt zelf als archivaris eigenlijk niet meer de verantwoordelijkheid dragen. Kijken we sec naar de wettelijke taken dan is er geen cultureel ondernemerschap mogelijk op die onderwerpen. En dat komt juist omdat archieven niet louter Cultuur zijn maar ook gaan over grondrechten in de democratie (openbaarheid van bestuur).  Het enige waar je wat op zou kunnen inverdienen is de bovenwettelijke taken maar gezien die enkele die ik heb genoemd is dat geen vetpot! 

    Terug naar de discussie: Bekijk ik de openstelling in bovenstaande context betekend dat dat ruime openstelling belangrijk is en boven digitaliseren gaat. Aan de andere kant zouden we moeten pleiten voor meer digitalisering omdat op die wijze archieven beter benut kunnen worden en we daarmee een belangrijk democratisch grondrecht op overheidsinformatie kunnen vervullen. Ikzelf ben ook voorstander van meer beschikbaarstellen in de dynamische fase (zoals in Scandinavische landen). Als daar digitalisering wordt ingebed kunnen archiefdiensten daar hun voordeel mee doen. En ik denk dat dat wel toekomst is ondanks de negativiteit van de inmiddels onderkoning Donner. Hij heeft veel baat bij achterkamertjes en dat hebben we gemerkt! Ik denk dat een modernisering van Openbaarheidswetgeving de ICT gevolgen en de maatschappelijke veranderingen moet opnemen.

    Dan nog de opmerking van Ingmar. Het is erg dat we moeten constateren dat er negatieve gevolgen aan het gebruik van de WOB zitten. Naar ik heb vernomen zal de ombudsman zal eind januari bij de uitreiking van de journalist van het jaar prijs aan Brenno de Winter iets vertellen over de WOB en de in Nederland heersende geheimhoudingscultuur. Daar ligt een rol voor de toezichthoudende archivaris denk ik.

    En ja ik ben het eens met de in de wet verplichte archivaris, zeker gezien de problematiek in Limburg maar nog meer omdat overheidsinformatie een pijler is van onze democratie en daarin moet de archivaris een belangrijke rol spelen.

    Bennie Blom

Trefwoorden