Tussenstand: Liever donaties van leden dan sponsoring door derden
Hoewel het voor ons als 'denktank' een redelijk principiële stelling was, is de animo ook deze week we...
In het wetenschapskatern van de NRC van zaterdag 28 februari een opmerkelijk bericht.Een Nederlandse lerares, Hanny van Arkel, ontdekte op foto´s van de sterrenhemel een een onduidelijke vlek. Huh?Het blijkt te gaan om een project, genaamd Galaxy Zoo Project, waarbij vrijwilligers werden gevraagd om mee te helpen bij het classificeren van sterrenstelsels op foto's van de Sloan Digital Sky Survey. Hanny van Arkel is een amateur sterrenkundige en deed mee aan dit project. Op één van de foto's die zij ging beschrijven ontdekte ze een vreemde nevel bij sterrenstelsel IC 2497 (what's in a name) in de Kleine Leeuw, en poste een vraag op het forum dat bij het project hoort: "What is the blue stuff below". Die vraag startte een onderzoek naar deze opmerkelijke vlek die nog nooit iemand was opgevallen. De vlek heeft de naam "Hanny's voorwerp" gekregen, curieus als je naar Engelstalige webpagina's kijkt die over dit onderwerp gaan. En die zijn er genoeg.Het mag duidelijk zijn dat dit opnieuw een voorbeeld is hoe de techniek van nu mogelijkheden biedt om informatie door vrijwillige amateurs te laten ontsluiten. In dit geval, gelukkig zijn die er en komen ze in de pers, over een heel specialistisch onderwerp als astronomie of sterrenkunde. Dan blijkt ook het opmerkingsvermogen van een lerares uit Nederland genoeg om de wetenschap in beweging te zetten.
Reacties
In The Long Tail van Chris Anderson wordt de astronomie gebruikt als een voorbeeld van The New Producers in het gelijknamige hoofdstuk 5 van het boek (met als ondertitel: Never underestimate the power of a million amateurs with keys to the factory). Samenvattend stelt het hoofdstuk dat 1. er zo ontzettend veel te doen is, dat de reguliere "echte" wetenschappers het niet aankunnen (te weinig fondsen) 2. het opleidingsniveau en de bereikbaarheid van informatie het potentieel van hoogwaardige amateurs vergroot 3. door de technologische vooruitgang de hoogwaardige middelen voor amateurs bereikbaar (betaalbaar) zijn geworden: democratizing the tools of production. Het eerste voorbeeld dat uitgebreid is vastgelegd stamt uit 1987, waarbij amateur-astronomen de benodigde waarnemingsgegevens leverden voor het bewijzen van de theorie dat een supernova eerst neutrino's uitzendt en dan (een paar uur later) pas zichtbaar licht. Met alleen professionele astronomen was dit waarschijnlijk niet gelukt, omdat er te weinig van zijn om tegelijkertijd het hele firmament af te speuren. Een Britse denktank heeft dit in 2004 het begin van de "Pro-Am era" genoemd, waarin professionals en amateurs samenwerken. Dichter bij huis gebeurt dit ook al in de archeologie. Mag je de vrijwilligers bij archiefdiensten en de serieuze genealogen als de 'Ams' van ons vak zien? En verder is Hanny natuurlijk geen (bejaarde) licht-contactgestoorde nerd. Dat helpt natuurlijk ;-D
Enorm hip en web 2.0 enzo. Maar nog stoerder is het werk gewoon door software uit te laten voeren. Nog een paar jaar wachten en een hoop werk dat nu wordt crowdsourced, kan door software worden gedaan. Benieuwd welk versienummer -dat- web krijgt ;-) http://code.flickr.com/blog/2009/02/18/found-in-space/
Omdat ik geen idee heb of het werkt, mogelijk een gebroken linkje naar het interview met Christopher Stumm. (als het niet werkt, voel je vooral geroepen me te vertellen hoe -wel- een linkje in deze commentaareditor in te voegen)
Blijkbaar kun je linkjes posten door ze, net als in HTML in een anchor met een href te vatten.
@Jaap Dat lijkt dan een beetje op dit filmpje dat je mogelijk al kent. Het is Photosynth van Microsoft. Gebruikt ook de Flickr fotodatabase als bron. Staat ook onder video´s in deze community.Filmpje
@Jaap van der Velde De software is niet het probleem, de rekenkracht wel. Vergelijkbaar met het crowdsourcen is het 'crowdcomputing' (niet te verwarren met cLoUdcomputing), waarbij de rekenkracht van vele kleine computers de kracht van een supercomputer vele malen overstijgt. En goedkoper is. Ook dan maken 'amateurs' door het beschikbaar stellen van hun privé-rekenkracht het mogelijk om veel meer te doen dat de wetenschap met de beschikbare fondsen kan. Je blijft dus gebruik maken van de geïnteresseerde liefhebber/leek. Bekende voorbeelden zijn SETI@home en LHC@home. Worden als een vergelijkbaar fenomeen in oa het eerder door mij genoemde hoofdstuk besproken.