iPRES 2019: een persoonlijke terugblik

  • okt 2019
  • Pepijn Lucker
  • ·
  • Aangepast 27 jun
  • 39
Pepijn Lucker
Preservation Digitaal Erfgoed
  • Jeroen Padmos
  • KIA Community Manager
  • Jacob Takema

De zestiende editie van de International Conference on Digital Preservation (iPRES) werd van 16 tot 20 september gehouden in het Eye Filmmuseum. Een passende locatie bij het thema: ‘Eye on the Horizon’. De organisatie was in handen van het Netwerk Digitaal Erfgoed (NDE). Het was voor het eerst dat de conferentie in Nederland plaatsvond. Voor het vakgebied digital preservation is iPRES een jaarlijks hoogtepunt. De laatste ontwikkelingen op het gebied van digitale duurzaamheid en digital preservation worden er besproken. Experts uit diverse landen treffen elkaar om de nieuwste inzichten en ontwikkelingen te delen. Namens het Nationaal Archief was ik ook van de partij.

Voor mijzelf was het de tweede keer dat ik op iPRES was. Vorig jaar in Boston (VS) presenteerde ik een paper over Preservation Watch bij het Nationaal Archief. Dit jaar was ik lid van het organiserend comité (LOC) en was ik twee dagen lang medevoorzitter van de zogenaamde Great Digital Preservation Bake-off. Dit was een nieuw programmaonderdeel met een knipoog naar het Heel Holland Bakt tv-programma. In ons geval was het niet zozeer een bakwedstrijd, maar een gelegenheid voor de bouwers en leveranciers van preserveringssoftware om hun product in de schijnwerpers te zetten.
Dag één stond in het teken van de leveranciers van de grote zogenaamde end-to-endsystemen. Dit is wat we in Nederland vaak aanduiden als e-depots die beschikken over alle belangrijke functies voor het duurzaam toegankelijk houden van digitaal archief. Op voorhand hadden we de leveranciers voorzien van een heel diverse testset. Deze bestond o.a. uit simpele office-bestanden en afbeeldingen, maar ook databases, corrupt gemaakte bestanden, of bestanden opgemaakt in niet-Latijns alfabet. Aan de hand van een vaste vragenlijst konden leveranciers demonstreren hoe hun systeem omging met deze testset. Worden de bestanden correct geïdentificeerd? Worden de corrupte bestanden eruit gehaald? Welke preservationacties kunnen met het systeem worden uitgevoerd? In totaal acht leveranciers gingen de uitdaging aan om voor een deskundig en kritisch publiek hun waren te tonen.

Op de tweede dag was het de beurt aan de bouwers van kleinere software producten en tools, die specifiek voor een bepaalde preserveringsfunctie kunnen worden gebruikt. Bijvoorbeeld voor het identificeren van digitale bestanden of het archiveren van websites. Het Nationaal Archief maakt voor een deel al gebruik van deze tools met namen als Jhove en VeraPDF (beide OPF), DROID (The National Archives, UK) of FITS (Harvard University). Meestal gaat het hierbij om open source tools, waarvan de code publiek beschikbaar wordt gesteld. Iedereen kan ze dus zonder licentiekosten gebruiken en er zelf ook aan mee ontwikkelen. Op die manier kan dit soort software door de samenwerking van de community naar een hoger volwassenheidsniveau worden getild. Die samenwerking wordt bevorderd door bijeenkomsten als iPRES waar de leden van de wereldwijde preservation community, waar het Nationaal Archief ook deel van uitmaakt, elkaar in levende lijve ontmoeten.

Photo credit: Sebastiaan ter Burg, CC BY 4.0